Denemarken heeft als eerste land aangekondigd om alle offshore olie- en gasactiviteiten stop te zetten. Alle toekomstige vergunningsrondes voor boringen op het continentaal plat worden geannuleerd en het parlement wil tegen 2050 ook de bestaande productievergunningen beëindigd zien.
Jan van de Nes
De aankondiging van het belangrijke olie producerende land Denemarken wordt als een mijlpaal gezien in het uitfaseren van fossiele brandstoffen in Europa. De Deense regering, de Liberale Partij, Radicaal Links, de Deense Partij, de Socialistische Partij en de conservatieven sloten eind 2020 een akkoord over de toekomst van het Deense deel van de Noordzee, waarmee een nieuwe groene richting wordt uitgestippeld. Toch blijft de Deense industrie nog enigszins verzekerd van eigen olie en gas. Het Esbjerg-gebied blijft groeien en verder ontwikkeld worden. Daarnaast wordt samengewerkt met de industrie over elektrificatie van de bestaande productie, evenals het creëren van een initiatief rond CO2-opslag in de Noordzee.
Denemarken stond meer dan tachtig jaar exploratie naar koolwaterstoffen toe. De eerste commerciële ontdekking werd gedaan in 1972. Op het Deense continentaal plat in de Noordzee zijn 55 platforms verspreid over twintig olie- en gasvelden. De Franse oliemaatschappij Total is verantwoordelijk voor de productie in vijftien van deze velden. In 2019 produceerde Denemarken 103 duizend vaten olie per dag. Daarmee was het na Groot-Brittannië de grootste van de EU, en na de Brexit waarschijnlijk dus de grootste. In 2019 produceerde Denemarken in totaal 3,2 miljard kubieke meter fossiel gas. Greenpeace verwacht dat de Deense olie- en gasproductie de komende jaren eerst nog zal toenemen, voordat ze in 2026 en 2028 een piek bereikt en gaat dalen.
Navolging
Groot-Brittannië is een deel van zijn olievoorraden kwijtgeraakt nu het enorme Brent-veld is uitgeput. Noorwegen is (als niet-EU lid) nu het grootste olieproducerende land van West-Europa. Duitsland, Nederland en België zijn relatief kleine spelers waar het om oliewinning uit de Noordzee gaat. De gaswinning is voor met name Nederland en België belangrijk maar ook hier rijst de vraag: hoe lang nog?
De Britten hebben overigens een probleem, omdat ze niet automatisch meer een beroep kunnen doen op gas- of olieleveranties vanuit de Noordzee. Koppelingen tussen bijvoorbeeld productieplatforms op het Nederlandse continentaal plat met Britse pijpleidingen zijn onderhevig aan nieuwe douanerechten. Of de (Nederlandse) producenten de pijpleidingen gaan afsluiten is nog niet bekend. De Britten-zelf blijven naarstig naar nieuwe olievelden zoeken.